Artikel 26.
Artikel 27.
Artikel 28.
Het bestuur legt aan de algemene vergadering ter goedkeuring de ontwerp begroting voor het volgende verenigingsjaar voor.
DE ALGEMENE VERGADERING
Artikel 29.
Aan de algemene vergadering komen binnen de vereniging alle bevoegdheden toe die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen. De vergadering is het hoogste beleidsbepalende orgaan binnen de vereniging.
2. Uiterlijk binnen zes maanden na afloop van het verenigingsjaar wordt een jaarlijkse algemene vergadering gehouden.
3. De datum voor deze vergadering wordt tenminste vier weken van te voren aangekondigd. De agenda en de op de vergadering te bespreken stukken worden tenminste één week van te voren gepubliceerd¬.
4. Tijdens de jaarlijkse algemene vergadering komen onder meer aan de orde:
a. de vaststelling van de notulen van de vorige algemene vergadering;
b. het jaarverslag en de rekening en verantwoording als bedoeld in artikel 25 en 26, alsmede het verslag van de in artikel 27 genoemde kascontrole commissie;
c. de verkiezing van het bestuur, de kascontrole commissie en de andere commissies;
d. de begroting voor het volgende verenigingsjaar;
e. voorstellen van het bestuur of leden, mits aangekondigd in de agenda voor de algemene vergadering.
5. Andere algemene vergaderingen dan de in lid 2 bedoelde jaarlijkse worden gehouden zo dikwijls als het bestuur of de algemene vergadering dit noodzakelijk acht.
6. Voorts is het bestuur verplicht of schriftelijk verzoek van tenminste tien stemgerechtigde leden een algemene vergadering bijeen te roepen binnen vier weken na het gedane verzoek. Indien door het bestuur niet binnen twee weken na dit gedane verzoek een ledenvergadering wordt uitgeschreven kunnen de betrokken leden zelf via het verenigingsorgaan een algemene vergadering bijeen roepen.
Artikel 30.
1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden en donateurs.
2. Over toelating van andere personen dan hierboven in lid 1 bedoeld beslist de algemene vergadering.
3. Ieder niet geschorst stemgerechtigd lid heeft één stem.
4. Een stemgerechtigd lid kan zijn stem door een daartoe schriftelijk gemachtigd ander lid laten uitbrengen.
5. Ieder lid mag maximaal drie stemmen uitbrengen.¬